Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want [52]de aarde is des Heeren, en de volheid derzelve. 52. Dat is, al is het dat het tevoren van de afgodendienaars was misbruikt, nochtans houdt het niet op te blijven een schepsel des Heeren, die het geschapen heeft om met dankzegging te gebruiken; 1 Tim.4:4.